Waarom De Acceptatie Van Kunstmatige Intelligentie Verschilt Tussen Landen

De mensheid in westerse industrielanden zoals Duitsland staat veel sceptischer ten opzichte van kunstmatige intelligentie (AI) in vergelijking met inwoners van ontwikkelings- en opkomende landen. Dit blijkt uit het “Trust-Barometer 2025” van adviesbureau Edelman.

In een representatieve opiniepeiling gaf 42 procent van de ondervraagden in Duitsland aan dat zij de groeiende toepassing van AI afwijzen. In de Verenigde Staten ligt dit percentage nog hoger, namelijk 49 procent, en in het Verenigd Koninkrijk is dat 46 procent.

AI-enthousiastelingen in China

Daarentegen verzet slechts een kwart (24 procent) van de Brazilianen zich tegen de toenemende inzet van AI. De minste weerstand is te zien in China, waar slechts 10 procent van de respondenten aangeeft dat AI geen groeiende rol moet spelen. In China zegt 54 procent van de ondervraagden dat ze voorstander zijn van een grotere inzet van kunstmatige intelligentie. In Brazilië steunt meer dan een derde (35 procent) deze trend, terwijl in het Verenigd Koninkrijk slechts 18 procent, in de VS 17 procent en in Duitsland slechts 16 procent dergelijke groei wenst.

Concurrentie door AI op de arbeidsmarkt

De aanvaardingspercentages voor AI stijgen aanzienlijk wanneer de technologie niet wordt voorgesteld als een bedreiging voor banen. In Duitsland zou 53 procent positiever tegenover AI staan als zij ervan overtuigd zijn dat hun werkgever AI inzet om de productiviteit te verhogen in plaats van banen te schrappen. De steun voor kunstmatige intelligentie neemt ook merkbaar toe wanneer de technologie het mensen helpt bij het oplossen van complexe vraagstukken.

Er bestaat ook een kloof in de acceptatie van AI afhankelijk van de sector. Medewerkers in de technologie (55 procent) en financiën (43 procent) zijn de grootste voorstanders van een toegenomen gebruik van AI. Daarentegen ligt de enthousiasme veel lager bij werknemers in de transportsector (20 procent), de voedings- en drankenindustrie (23 procent) en het onderwijs (25 procent).

Voor de studie van Edelman zijn 5000 mensen ondervraagd, waaronder elk 1000 ondervraagden uit Brazilië, China, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en de VS. De representatieve opiniepeiling vond plaats tussen 17 en 27 oktober.