Een recent onderzoek uitgevoerd door een Chinees-Brits team van onderzoekers heeft aangetoond dat veranderingen in zonnestraling een aanzienlijke invloed hebben gehad op de evolutionaire processen op aarde. Deze bevindingen, gepubliceerd in het tijdschrift Geophysical Research Letters, brengen nieuw licht op de zogenaamde Cambrium-explosie, die ongeveer 540 miljoen jaar geleden plaatsvond.
Tijdens de Cambrium-explosie vond er een bijna onmiddellijke evolutionaire bloei plaats, waarbij talloze nieuwe diersoorten verschenen die snel nieuwe kenmerken ontwikkelden. Dit was ook de periode waarin een radicale natuurlijke uitvinding opkwam: het skelet. Dieren begonnen elkaar niet alleen te zien en te zwemmen, maar ook vlees te eten.
De onderzoekers voerden een spectrale analyse uit op isotopen van koolstof en zwavel uit het vroege Cambrium. Hun computermodellen onthulden periodieke veranderingen die samenkwamen met bekende baancycli van de aarde. Hierdoor concludeerden de wetenschappers dat de zonnestraling die de aarde bereikte, waarschijnlijk is veranderd als gevolg van variaties in de baan van de aarde in deze tijd.
Volgens de onderzoekers kan de verandering in zonnestraling de processen van verwering op het land hebben versterkt en de toevoer van voedingsstoffen naar de oceanen hebben verhoogd. Dit proces stimuleerde ook de fotosynthese, wat leidde tot een verhoogde productie van zuurstof.
Veranderingen in de zuurstofniveaus zouden chemische veranderingen in het zeewater hebben veroorzaakt, wat de evolutionaire sprongen in het dierenrijk tijdens deze periode kan verklaren. Veel fundamentele lichamelijke kenmerken van meercellige diersoorten, zoals de vorming van een skelet, werden voor het eerst opgemerkt in gesteenten uit de periode van de Cambrium-explosie.
Eerdere studies tonen aan dat soorten vier tot vijf keer sneller morfologisch en moleculair veranderden tussen 540 en 520 miljoen jaar geleden dan tegenwoordig.
