De uitsluitingszone van Tsjernobyl is verboden terrein voor mensen, maar bijna 40 jaar na de explosie van reactor 4 zijn er in dit gebied andere levensvormen verschenen die niet alleen hebben overleefd, maar zelfs lijken te gedijen. De afwezigheid van mensen heeft hier waarschijnlijk een rol in gespeeld, maar voor een bepaalde paddenstoel lijkt de aanhoudende ioniserende straling een groot voordeel te zijn.
Een opmerkelijke paddenstoel uit Tsjernobyl, genaamd Cladosporium sphaerospermum, heeft een fascinerende aanpassing ontwikkeld. In de binnenmuren van een van de meest radioactieve gebouwen ter wereld hebben wetenschappers een vreemde, zwarte schimmel ontdekt die perfect lijkt te gedijen in deze extreme omstandigheden. Sommige onderzoekers geloven dat het donkere pigment melanine deze paddenstoel in staat stelt om ioniserende straling te gebruiken, vergelijkbaar met hoe planten licht benutten voor fotosynthese. Dit voorgestelde mechanisme wordt radiosynthese genoemd. Ondanks waarnemingen dat de paddenstoel beter groeit in de aanwezigheid van straling, blijft de exacte reden onduidelijk.
Het mysterie begon eind jaren ’90, toen een team onder leiding van microbioloog Nelli Zhdanova het schuilgebied rond de beschadigde reactor bestudeerde en een verrassende gemeenschap ontdekte van 37 verschillende paddenstoelensoorten, waarvan velen donker gekleurd en rijk aan melanine waren. C. sphaerospermum domineerde de monsters en vertoonde de hoogste niveaus van radioactieve besmetting.
Later toonden onderzoekers van het Albert Einstein College of Medicine aan dat blootstelling van deze paddenstoel aan ioniserende straling haar niet schaadt, zoals bij andere organismen het geval zou zijn, maar juist haar groei stimuleert. Ioniserende straling kan elektronen uit atomen verwijderen, wat moleculen kan beschadigen en het DNA ernstig aantast. In dit geval leken de stralen eerder voordelig te zijn voor de paddenstoel. Experimentele gegevens toonden zelfs aan dat straling het gedrag van melanine in de paddenstoel verandert, wat wijst op een onbekend mechanisme.
In 2008 stelden dezelfde onderzoekers een hypothese voor: de paddenstoel zou straling kunnen absorberen en deze omzetten in energie, in een proces vergelijkbaar met fotosynthese, waarbij melanine een vergelijkbare rol speelt als chlorofyl. Tegelijkertijd zou melanine fungeren als een schild tegen de schadelijke effecten van straling.
Een studie uit 2022 versterkte het idee van bescherming: toen C. sphaerospermum werd blootgesteld aan de buitenkant van het Internationale Ruimtestation, toonden sensoren aan dat de paddenstoel een deel van de kosmische straling blokkeerde.
Het bewijs voor radiosynthese blijft echter moeilijk te leveren. Er zijn geen duidelijke aanwijzingen dat de paddenstoel koolstof vastlegt met behulp van straling of dat ze hier een directe metabolische winst uit haalt. Het fenomeen blijft vooralsnog een fascinerende hypothese.
Andere melanine-rijke paddenstoelen vertonen verschillende reacties: sommige groeien sneller onder straling, terwijl andere slechts meer melanine produceren. Het gedrag van C. sphaerospermum is dus niet universeel, wat andere vragen oproept: Is het een aanpassing die hen in staat stelt om ’te voeden’ met straling, of betreft het slechts een beschermingsmechanisme?
Voorlopig is er geen antwoord. Wat we wel weten, is dat deze zwarte paddenstoel een ingenieuze manier vindt om te overleven en mogelijk zelfs te bloeien op een plek waar mensen niet veilig kunnen leven. Het lijkt erop dat het leven altijd een weg vindt.







