In een wereldwijde studie is aangetoond dat het DNA van dingo’s in de genetische samenstelling van stads- en straathonden aanwezig is. Dit onthult dat deze rassen jarenlang met elkaar zijn gekruist, wat bijdraagt aan ons begrip van hun evolutie en hedendaagse eigenschappen.
Volgens onderzoekers kan het DNA van dingo’s van invloed zijn geweest op de grootte, geur en persoonlijkheid van hedendaagse honden. Honden met een hoger percentage dingo-DNA blijken wantrouwiger tegenover vreemden te zijn, terwijl die met minder dingo-DNA vaak gemakkelijker te trainen zijn en een vriendelijker karakter hebben.
De studie, uitgevoerd door Amerikaanse wetenschappers, heeft 2.693 honden- en dingo-genomen geanalyseerd. De resultaten lieten zien dat maar liefst 64,1% van de moderne honden en 100% van de inheemse honden dingo-genetica bevatten. Deze bevindingen zijn gepubliceerd in de Proceedings van de National Academy of Sciences. De steekproef omvatte 280 genomische gegevens van honden uit meer dan 20 landen in Eurazië en Afrika, waaronder een aanzienlijk aantal uit India.
Verschillende genetische studies in het verleden suggereren een langdurig palet van kruisingen tussen honden en dingo’s. Het blijkt dat honden na de domesticatie van landbouwdieren maar weinig genetische input van dingo’s hebben ontvangen.
Een bijzonder aspect van deze ontdekkingen is dat een groot deel van de genomische samenstelling van honden is samengesteld uit kleine hoeveelheden dingo-DNA. Logan Kistl, curator van archeogenomica bij het National Museum of Natural History en mede-auteur van de studie, verklaarde dat dit bewijst dat honden en dingo’s meer dan 2000 jaar geleden met elkaar zijn gekruist.
Deze fascinerende inzichten schetsen een nieuw perspectief op de langdurige relatie tussen mensen en hun viervoetige metgezellen. Door deze verbinding te begrijpen, kunnen we niet alleen onze huidige huishoudelijke honden beter waarderen, maar ook meer leren over hun wilde voorouders.







