Waarom Bergtoppen nooit hoger kunnen zijn dan de Mount Everest

De Mount Everest, met zijn indrukwekkende 8.849 meter, lijkt misschien de onbetwiste koning onder de bergen op aarde. Toch is hij in vergelijking met andere bergtoppen in ons zonnestelsel vrijwel onbeduidend. Het hoogste berggebergte in ons zonnestelsel, Olympus Mons op Mars, reikt meer dan 22 kilometer omhoog, wat ons doet afvragen waarom bergen op aarde een natuurlijke hoogtegrens hebben.

Volgens Haakon Fossen, geologieprofessor aan de Universiteit van Bergen, kunnen bergen op aarde niet veel hoger worden dan we nu kennen. Ondanks theoretische studies die een maximale hoogte van 45.000 meter voor bergen op aarde berekenden, zijn er verschillende natuurlijke factoren die deze extreme afmetingen belemmeren.

De druk van de diepte en het gedrag van gesteente

Bij een gemiddelde hoogte van 5.000 meter wordt de druk in de onderliggende gesteenten zo enorm dat het materiaal plastisch begint te reageren. Fossen legt uit: “Het gesteente blijft stevig, maar het vervormt langzaam en begint te vloeien.” Dit proces beperkt de mogelijkheid voor bergen om nog veel hoger te groeien.

De vorming van bergketens, zoals de Himalaya, is het resultaat van de beweging van tektonische platen. De Himalaya ontstond zo’n 50 miljoen jaar geleden door de botsing van twee enorme tektonische platen. In de eerste 15 tot 20 miljoen jaar van deze botsing is het makkelijker om hoge bergen te creëren, maar na deze periode komt er een evenwicht van krachten op gang.

Erosie: een onverbiddelijke vijand

Naast de zwaartekracht en het gedrag van gesteenten speelt erosie een cruciale rol bij het beperken van de hoogte van bergen. Hannah Pomella van het Instituut voor Geologie aan de Universiteit Innsbruck zegt: “De tektoniek zorgt voor hoogte.” Maar naarmate bergen hoger worden, verschijnen gletsjers die als enorme slijpmachines functioneren. “De tektoniek kan niet snel genoeg werken om tegen de erosie door de gletsjers op te boksen,” voegt ze toe.

Ook water, of het nu in de vorm van ijs, sneeuw of regen is, beperkt de groei van bergen. Hoewel sneeuw wat bescherming tegen erosie biedt, blijven blootgestelde rotswanden kwetsbaar voor de elementen.

Instabiliteit op grote hoogte

Met toenemende hoogte komt ook een groter risico op instabiliteit. Aurora Elmore, een geologie-expert, waarschuwt: “Op een bepaald punt wordt de berg zo steil dat hij instabiel wordt en stukken beginnen af te vallen.” Rivieren snijden voortdurend kloven in het gesteente met een snelheid van enkele millimeters per jaar, terwijl aardverschuivingen en stenenstorten constant materiaal afvoeren.

Deze combinatie van geologische krachten, druk vanuit de zwaartekracht en erosie beperkt de natuurlijke hoogtegrenzen van bergen op onze planeet. Dit fascinerende evenwicht heeft de landschappen van de aarde al miljoenen jaren gevormd en beperkt.